Het staat zelfs nog wel een beetje gezellig, dat extra kastje op zolder. Er staan al wat mappen in, maar is nog niet vol.
“Wat denk je ervan?”, begint Lief op een dag, heel voorzichtig. Het is toch zonde van al die onbenutte ruimte daar op zolder? Een klein kastje maar. Hij wil heus specialiseren, en niet meer alles verzamelen. Maar daarvoor heeft hij eerst ruimte nodig, want specialiseren gaat nu eenmaal gepaard met opnieuw rangschikken. En daarvoor moet je ruimte hebben.
Ik sta daar, iemand zonder verzamelhart. Ik heb het niet over ‘nutteloze ruimte’, maar over ‘ruimte’, heerlijk dat niet alles vol staat. Ik heb al visioenen van een zolder vol kastjes, dan een overloop die gaat overlopen of zelfs wat erbij in de woonkamer. Maar nee, inderdaad, de zolder gebruiken we nauwelijks. En ja, dat is waar, er staan nu ook al dozen.
Ik zwicht. Eén zo’n kastje op zolder maakt inderdaad niet zo veel uit. Als Lief dan weer vooruit kan…..
Dolgelukkig is hij. Binnen de kortste keren staat het kastje daar, gezellig te wezen. Ik heb er – inmiddels – vrede mee. Maar het blijft wel de enige, hoor.